De Siberische Tijger is genetisch gezien bijna gelijk aan de Kaspische tijger, die in 1970 al is uitgestorven. Met de Siberische Tijger lijkt hetzelfde te gebeuren, in het wild leven nog circa 500 exemplaren. De genetische diversiteit in de populatie is beperkt, wat als invloed heeft dat genetische afwijkingen vlotter van generatie op generatie worden overgedragen.

In gevangenschap zijn er nog veel exemplaren die zich voortplanten. In 87 Europese dierentuinen leven bijvoorbeeld 220 exemplaren, in Nederland is dat in Dierenpark Amersfoort, Dierenpark Emmen, Safaripark Beekse Bergen, Dierenrijk, Ouwehands Dierenpark en in Hoenderdeall. Doormiddel van het Europese soortbehoudprogramma (EEP) proberen ze de soort zo goed mogelijk in stand te houden.

De Berggorilla is de grootste van de vijf bekende gorillaondersoorten. Het vrouwtje heeft een schofthoogte van 130-150 cm, het mannetje is met 140-185 cm nog een stuk groter. Het mannetje (de zilverrug) weegt tussen de 160 en 210 kilogram. In 2012 leefden er nog maar circa 880 exemplaren over de hele wereld. In het wild leven ze in een klein gebied rond het Virungagebergte (Oeganda, Rwanda, Congo).

De berggorilla werd beroemd dankzij de Amerikaanse biologe Dian Fossey die de dieren observeerde. Haar leven werd verfilmd in de film “Gorillas in the mist” uit 1988. De jaren na de film ging het een stuk beter met de populatie, maar de Rwandese genocide in 1994 bracht daar abrupt een eind aan. Naar schatting 500.000 tot 1 miljoen mensen werden vermoord en honderdduizenden vluchtten naar de grens met buurland Zaïre. En dus ook naar het leefgebied van de gorilla’s.

Overigens gaat het met de andere vier gorilla soorten ook zeer slecht, allen zijn ze bedreigd.

De Noordkaper is een van de grootste dieren op aarde. Deze walvissen kunnen zo’n 90.000 kilogram wegen. De vrouwtjes zijn het langst, die kunnen zo’n 18 meter lang worden.

De noordkaper in het westen werd tussen de 16de eeuw en 1935 bejaagd tot de soort tot zo’n 300 exemplaren werd gedecimeerd. Nu is hij beschermd. Zijn grootste bedreiging bestaat nu uit aanvaringen en verstrikking in visnetten. Naar schatting kwam 72% van de populatie eens in problemen met visnetten. Zowel de Verenigde Staten als Canada doen pogingen om de walvissen hiertegen te beschermen.

De oostelijke populatie werd al in de 11de eeuw bejaagd. De laatste grote afslachting dateert van 1881 tot 1924. Momenteel is het onduidelijk of er nog exemplaren van de oostelijke variant in leven zijn. Indien wel is hun toestand kritiek. In 1998 werd het aantal vruchtbare vrouwtjes geschat op 70 exemplaren. Rekening houdend met enkele gemiste exemplaren, zou het totaal aantal vruchtbare exemplaren op 250 geschat kunnen worden. De oostelijke populatie is misschien zelfs uitgestorven volgens het IUCN. Intussen lijkt de soort zich voorzichtig te herstellen. Dit verloopt echter niet gemakkelijk omdat vrouwtjes gemiddeld maar om de 3,2 jaar een jong krijgen. Ook andere factoren spelen hierin mee, zoals genetische factoren, ondervoeding, chemische verontreining, biotoxines en ziektes.

A Powerful Message About Pollutionvideo source: hilvone siposa

Posted by David Wolfe on vrijdag 14 augustus 2015

De Breedsnuithalfmaki is een maki, halfapen die voorkomen op het eiland Madagaskar. Ooit kwamen ze voor over het gehele eiland, nu slechts in een paar restanten regenwoud in het zuidoosten en middenzuiden. In 2008 bleek uit onderzoek dat er nog maar zo’n 100 tot 160 dieren over zijn. Vooral zwerflandbouw, kappen voor landbouw, illegale houtkap en jacht zorgen ervoor dat de maki ernstig bedreigd is.

De Javaanse neushoorn komt voor, zoals de naam al doet vermoeden, op Java (Indonesië). Vroeger kwam deze neushoornsoort voor in heel Zuidoost-Azië, nu is er nog maar één populatie bekend, ongeveer vijftig individuen in het Nationaal Park Ujung Kulon op West-Java. Tot in 2010 kwam de soort ook voor in Vietnam, maar het laatste dier werd in dat jaar door stropers gedood.

Het probleem is natuurlijk de waardevolle neus. In China zijn deze zeer gewild, men denkt dat de neus helende krachten heeft. Om dezelfde reden zijn ook de Zwarte neushoorn en de Sumatraanse neushoorn met uitsterven bedreigd.

Het gaat heel slecht met de Amoerpanter, ook wel bekend als de Siberische luipaard. Bij een telling in 2007 bleken er nog maar 25 tot 34 exemplaren in het wild te bevinden, waarvan slechts 6 vrouwtjes. Om te kunnen overleven zijn er minimaal 66 Amoerpanters nodig, het lot van het beest is dus eigenlijk al bepaald.

Zijn leefomgeving is vernietigd door de mens, en er wordt (nu nog steeds) gejaagd op het beest. Een dood exemplaar kan 37.000 dollar opleveren voor het bont, of als trofee.

De Grote ivoorsnavelspecht, de grootste specht van Noord-Amerika is mogelijk al uitgestorven. Men ging er al vanuit dat het zover was totdat in 2005 beelden van de vogel opdoken. Ook hier is het weer de schuld van de mens, de oorzaak is het verlies aan geschikte leefgebieden, zoals beboste moerassen met veel oud en vermolmd hout.